donderdag 29 januari 2015

Vide


Met de liefde begon dit lied,
een serenade op de ochtend van gedichtendag,
vanaf het plateau klonk ik de ruimte in, waar jij ergens

je moest er zijn, voelde je aanwezigheid, zonet
waarneembaar je geblokte blouse om de hoek,
de treden af, een schaduw van wie je boven was.

In het nieuwe huis is de oppervlakte te groot
om de klanken te laten aankomen,
ze vervliegen als idioten.

Het dwarrelt in huis gedachten over jou,
tot kleine plukjes geluid teruggebracht,
vaag is wat jou nog bereikt.

Was het gek je in te schatten als ontcijferaar?
Liefde is toch een werkwoord, lief?
Puzzelen, boodschappen achterhalen, iets opvangen.

Hoe kon ik weten dat het al tijd was, omdat
ik zo in mijn creatie was opgegaan?
Er werd een sleutel omgedraaid, er stak een hand omhoog.

Het huis is leeg,
ik daal de ronde trap af.

1 opmerking: